• Het openbreken van de cellen (lysis): dit kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door het weefsel fijn te malen, en/of door een soort zeep toe te voegen waardoor de celmembraan uit elkaar valt.
  • Eiwitten verwijderen: de eiwitten die in de cellen aanwezig waren worden meestal afgebroken door een enzym toe te voegen dat eiwitten afbreekt.
  • DNA ‘uit oplossing halen’: door een ijskoude alcohol toe te voegen, slaat het DNA uit de oplossing neer. DNA is namelijk minder goed oplosbaar in een alcohol dan in water.
  • Het neergeslagen DNA kan vervolgens verwijderd worden uit de oplossing, bijvoorbeeld door te centrifugeren of door het met een pipet op te zuigen.