Het celmembraan is een vlies dat de cel omsluit, en daarmee de inhoud van de cel van zijn omgeving scheidt.

Opbouw

Het celmembraan bestaat uit een dubbele laag fosfolipiden. Dat zijn vetachtige moleculen met een hydrofiele (waterminnende) kop en een hydrofobe (watervrezende) staart. In een waterige omgeving keren de hydrofobe staarten zich van water af en richten zich naar elkaar toe. De hydrofiele koppen zijn naar buiten gekeerd. Zo ontstaat een dubbele laag fosfolipiden. In het membraan, tussen de fosfolipiden, zitten membraaneiwitten met verschillende functies.

Doorlaatbaarheid

Het celmembraan is selectief doorlaatbaar. Kleine hydrofobe moleculen kunnen vaak gewoon door de fosfolipidenlagen heen glippen. Grotere moleculen kunnen dat niet; die moeten actief door de membraan de cel in of uit worden getransporteerd. Daarvoor bevat het celmembraan transporteiwitten, een specifiek soort membraaneiwitten.